Ads Top

Nieuwe antennetechnologie voor extreem snel 5G en 6G succesvol getest op TU/e-campus


Vele apparaten die met elkaar verbonden zijn; films downloaden in luttele seconden; zelfrijdende auto’s: het extreem snelle 5G-netwerk moet dit allemaal mogelijk maken. Probleem is dat voor de snelste vorm van 5G zeer snelle draadloze verbindingen nodig zijn die nu alleen op korte afstanden werken.

Aan de TU/e is daarom een nieuwe antennetechnologie ontwikkeld die voor deze snelle vorm van 5G – en zelfs al diens opvolger 6G – communicatie over lange afstanden mogelijk maakt. Onlangs vond de eerste praktijktest hiervan plaats vanaf het dak van twee gebouwen op de TU/e-campus, en met succes.

De volgende generatie draadloze netwerken, 5G, wordt naar verwachting in 2020 commercieel uitgerold. Het gaat hierbij om de eerste fase, met relatief lage frequenties, die net iets sneller is dan 4G. Maar: hoe hoger de frequentie, hoe meer data je kunt versturen. Daarom wordt ook toegewerkt naar een vorm van 5G die bij veel hogere frequenties werkt – 26 GHz om precies te zijn. Dan gaat de capaciteit gelijk een factor honderd omhoog, en dat is nodig voor bijvoorbeeld zelfrijdende auto’s.
De enorme toename van de datasnelheid in 5G vereist dat óók de draadloze verbindingen tussen basisstations een enorme capaciteit hebben. Vandaar dat hiervoor nog hogere frequenties zullen worden gebruikt, van 80 GHz. “Het probleem bij het versturen van signalen bij deze hoge frequenties is dat ze alleen op zeer korte afstand sterk genoeg zijn”, zegt Bart Smolders, hoogleraar telecommunicatie aan de TU Eindhoven.

Geen opmerkingen:

Mogelijk gemaakt door Blogger.